Al een tijdje loop ik met het idee om een soort handleiding te maken voor meditatie. Voor mezelf en voor iedereen die hier baat bij heeft. Vanochtend was er dan ineens genoeg inspiratie om dit door te zetten.
Meditatie is makkelijk. Letterlijk makkelijker dan je je kunt voorstellen. Maar juist om die reden kan de fase tussen normaal denken en meditatie zo moeilijk lijken. Omdat je verstand gericht is op complexiteit en niet op eenvoud. Deze "handleiding" (niet echt een passende term bij meditatie) is erop gericht om je door die schijnbaar moeilijke opstartfase heen te krijgen.
1ste fase: Aanschouw de ademhaling
Cruciaal om überhaupt de meditatie te beginnen is het doorbreken van het patroon van gedachten aandacht geven. Hiervoor kunnen verscheidene technieken gebruikt worden. Een techniek die erg goed werkt en die ik nu meestal gebruik wanneer het lastig is om in de meditatieve staat te komen is deze van Osho:
Adem in en richt je aandacht op de binnenkant van je neus. Merk de luchtstroom op wanneer deze door je neus gaat. Houd je aandacht op die plek, maar focus je aandacht niet teveel. Net zoals wanneer je bijvoorbeeld naar buiten kijkt en je richt naar een bepaald object (bijvoorbeeld een boom of een auto), maar geen strakke focus hebt op dat object. Alle dingen om het object heen merk je ook op. Je bent slechts gericht, gecentreerd op die specifieke plek.
Hetzelfde doe je bij het uitademen. Adem uit en voel de lucht nu de andere kant opgaan langs de binnenkant van je neus. Je neus heeft hier niet een speciale betekenis. Het punt is hier om de ademhaling te observeren. Deze zelfde techniek is er ook in een iets andere vorm waarbij je je niet richt op je neus, maar op je buik. Dan merk je de adem/lucht op, op de plek van de onderkant van je buik. Welke variant je gebruikt heeft er helemaal mee te maken welke makkelijker is voor jou. Persoonlijk prefereer ik op dit moment de neus methode, omdat wanneer ik me richt op mijn buik, ik merk dat ik steeds probeer controle te krijgen over mijn in- en uitademen. Maar kies dus de manier die jou het beste ligt.
Waarom richten we ons op de ademhaling? Simpel: ademhaling is relatief vormloos. Je kunt je moeilijk een voorstelling maken van je ademhaling. Het verstand werkt enkel met concepten en iets wat vormloos is, is moeilijk conceptueel te maken. Het enige doel van deze techniek is een voldoende grote opening te maken in je gedachtenstroom. Om conceptueel denken (tijdelijk) stop te zetten.
2e fase: Word je bewust van stilte
Het mediteren is nog niet begonnen in de eerste fase. Daarvoor is eerst een omschakeling nodig. Zoals gezegd is wat je doet met de ademhaling techniek een opening maken in het denken. Voor een korte tijd doorbreek je het patroon van aandacht geven aan gedachten. In de tweede fase is dit het moment om alert te zijn. Wat er namelijk gebeurd wanneer je het patroon succesvol doorbreekt, is dat het verstand in defense-mode schiet. Waar het verstand normaal min of meer op de automatische piloot staat, gaat er nu een alarm af omdat het verstand die altijd neigt naar patronen maken en volgen ineens opmerkt dat het in stand houden van die patronen in gevaar is. En de totaliteit van die patronen is niets anders dan je persoonlijke identiteit. Er is identificatie met het patroon. Daarom kan de beginfase van meditatie voor beginners soms extreem ongemakkelijk zijn. Het is niet slechts dat het patroon in gevaar is, maar omdat jij denkt dat jij het patroon bént, voelt het alsof jij zelf in gevaar bent. Dit kan zich dan uiten in allerlei geestelijke, maar ook lichamelijke effecten. Veelvoorkomende zijn bijvoorbeeld gedachten die jou overtuigen om iets anders te gaan doen. Vaak zeer irrationele gedachten die je proberen af te leiden. Gedachten die je wijs maken dat het nu op dit moment belangrijk is om iets op te ruimen, iets schoon te maken, iemand te bellen, wat te eten. Tot het absurde aan toe. Maar ook fysieke klachten zijn veelvoorkomend. Bekende zijn bijvoorbeeld jeuk over je hele lichaam, trillende/schokkende ledematen en hoesten. Álles om maar stilte/meditatie te voorkomen. Deze effecten zijn geen tekenen dat je meditatie mislukt. Integendeel: het zijn tekenen dat je op het punt staat om de meditatie te beginnen. Wees er niet door afgeschrikt maar weet dat je op de goede weg zit.
Wat er in de tweede fase moet gebeuren is het weghalen van aandacht van die afleidingen en het brengen van diezelfde aandacht naar jezelf. Je zou denken dat het vanzelfsprekend is om je aandacht naar jezelf te brengen en daar te houden, maar in de praktijk is dat vaak nog lastig. Twee redenen hiervoor:
1: Het verstand is luid. De bekende "stem" in je hoofd. De stem van afleiding, negativiteit en zelfkritiek. Deze stem zal in de fase vòòr meditatie alleen maar luider worden. Het kan zelfs aanvoelen als schreeuwen. Het is duidelijk: deze "stem", deze "ik" wil niet gedachteloos zijn, wil niet mediteren. Zelf heb ik het meegemaakt dat deze stem letterlijk "lalalala blablabla" tekeer ging zoals kleine kinderen doen met hun handen tegen hun oren. Alleen om maar niet stil te vallen. Alleen om jou te verhinderen de stilte op te merken.
2: De andere 'ik' is stil. Compleet stil. Absoluut stil. Deze 'ik' schreeuwt niet zoals de eerste ik constant om aandacht en probeert je niet van iets te overtuigen. Hierdoor kan het lijken alsof deze ik er helemaal niet is.
Die tweede 'ik' is de ik die eerst gevonden moet worden voordat meditatie überhaupt kan beginnen. De eerste ik (de schreeuwlelijkerd
) zal je aandacht vragen. De tweede 'ik', de echte 'ik' moet je zelf opmerken door middel van bewuste aandacht. De eerste 'ik' en de tweede 'ik' zijn niet in dezelfde dimensie. Dat is een ietwat moeilijke manier om te zeggen: ze kunnen elkaar niet zien. Wanneer de tweede 'ik' gezien wordt, verdwijnt de eerste. De tweede is letterlijk de dood van de eerste.
Praktisch gezien: hoe gaat dat? Herinner de eerste fase: aanschouw de ademhaling en doorbreek het denkpatroon. Merk op dat er ruimtes zijn tussen gedachtes. Een gedachte komt op, verdwijnt en een volgende gedachte komt op. Wat is er tussen die twee gedachtes? Wat het ook is, het is niet een gedachte, het is niet een object. Toch, je bent je er bewust van. Hou de aandacht simpelweg op dat wat tussen gedachtes is. Merk vervolgens de verdediging op van het verstand. In wat voor vorm het ook komt. Komt er een gedachte op, aanschouw deze dan. Aanschouw het, maar geloof het niet. Laat je er niet door overtuigen. Voel de aanzwellende aantrekkingskracht van de gedachte, maar blijf de aandacht houden op dat wat er tussen gedachtes is. Op een gegeven moment "sterft" de gedachte. Het kan zichzelf niet in leven houden wanneer jij je aandacht geeft aan dat tussen gedachtes in plaats van aan de gedachte zelf. Jouw aandacht en geloof in de gedachte is letterlijk de brandstof van de gedachte.
Op het moment dat je een gedachte als het ware hebt laten stikken, is er meestal een langere pauze tot aan de volgende gedachte. Merk ook dat op. Vaak wanneer je een gedachte hebt laten sterven, komt er daarna weer een soortgelijke. Herhaal hetzelfde: claim je aandacht terug van de gedachte en richt het op de stilte tussen gedachtes. Houd het vervolgens daar. De stilte is natuurlijk jezelf, al kan dat eerst wellicht niet zo overduidelijk zijn. Is het niet duidelijk? Maakt niet uit: houd de aandacht op de stilte tussen gedachtes. Je zult zien dat het patroon van identificatie met gedachten zichzelf uitput op deze manier. En komen er in plaats van gedachten eerder emoties of fysieke sensaties? Voel ze. Voel ze, maar geloof ze niet. Laat ze er zijn en blijf terugkomen naar stilte, naar jezelf.
Het moment dat het overduidelijk wordt dat jij de stilte bent in plaats van de persoon die als een gedachtepatroon gecreëerd wordt ìn de stilte, is het moment dat meditatie makkelijk wordt. Dan pas is het een kwestie van simpelweg die stilte zijn. En dat is makkelijk, omdat deze stilte vredig voelt, ruimtelijk, liefdevol, zonder angst, zonder verlangen naar iets anders. Verwacht geen overweldigend of exotisch gevoel. Het is het allerbekendste gevoel voor je, het gevoel van thuis zijn. Ook al ben je dit misschien tijdelijk vergeten.
Dit alles lijkt misschien een lang proces, maar dat is slechts omdat ik alles zoveel mogelijk in detail heb beschreven. Een samenvatting:
Doorbreek het denkpatroon (bijvoorbeeld dmv observatie van de ademhaling), vind de opening/stilte tussen twee gedachtes, herken jezelf als die stilte, blijf als die stilte. Als het moeilijk lijkt, dan luister je teveel naar de eerste 'ik', de stem in je hoofd. Vind de tweede, de echte ik.
Succes voor wie het ook wil proberen.
Meditatie is makkelijk. Letterlijk makkelijker dan je je kunt voorstellen. Maar juist om die reden kan de fase tussen normaal denken en meditatie zo moeilijk lijken. Omdat je verstand gericht is op complexiteit en niet op eenvoud. Deze "handleiding" (niet echt een passende term bij meditatie) is erop gericht om je door die schijnbaar moeilijke opstartfase heen te krijgen.
1ste fase: Aanschouw de ademhaling
Cruciaal om überhaupt de meditatie te beginnen is het doorbreken van het patroon van gedachten aandacht geven. Hiervoor kunnen verscheidene technieken gebruikt worden. Een techniek die erg goed werkt en die ik nu meestal gebruik wanneer het lastig is om in de meditatieve staat te komen is deze van Osho:
Adem in en richt je aandacht op de binnenkant van je neus. Merk de luchtstroom op wanneer deze door je neus gaat. Houd je aandacht op die plek, maar focus je aandacht niet teveel. Net zoals wanneer je bijvoorbeeld naar buiten kijkt en je richt naar een bepaald object (bijvoorbeeld een boom of een auto), maar geen strakke focus hebt op dat object. Alle dingen om het object heen merk je ook op. Je bent slechts gericht, gecentreerd op die specifieke plek.
Hetzelfde doe je bij het uitademen. Adem uit en voel de lucht nu de andere kant opgaan langs de binnenkant van je neus. Je neus heeft hier niet een speciale betekenis. Het punt is hier om de ademhaling te observeren. Deze zelfde techniek is er ook in een iets andere vorm waarbij je je niet richt op je neus, maar op je buik. Dan merk je de adem/lucht op, op de plek van de onderkant van je buik. Welke variant je gebruikt heeft er helemaal mee te maken welke makkelijker is voor jou. Persoonlijk prefereer ik op dit moment de neus methode, omdat wanneer ik me richt op mijn buik, ik merk dat ik steeds probeer controle te krijgen over mijn in- en uitademen. Maar kies dus de manier die jou het beste ligt.
Waarom richten we ons op de ademhaling? Simpel: ademhaling is relatief vormloos. Je kunt je moeilijk een voorstelling maken van je ademhaling. Het verstand werkt enkel met concepten en iets wat vormloos is, is moeilijk conceptueel te maken. Het enige doel van deze techniek is een voldoende grote opening te maken in je gedachtenstroom. Om conceptueel denken (tijdelijk) stop te zetten.
2e fase: Word je bewust van stilte
Het mediteren is nog niet begonnen in de eerste fase. Daarvoor is eerst een omschakeling nodig. Zoals gezegd is wat je doet met de ademhaling techniek een opening maken in het denken. Voor een korte tijd doorbreek je het patroon van aandacht geven aan gedachten. In de tweede fase is dit het moment om alert te zijn. Wat er namelijk gebeurd wanneer je het patroon succesvol doorbreekt, is dat het verstand in defense-mode schiet. Waar het verstand normaal min of meer op de automatische piloot staat, gaat er nu een alarm af omdat het verstand die altijd neigt naar patronen maken en volgen ineens opmerkt dat het in stand houden van die patronen in gevaar is. En de totaliteit van die patronen is niets anders dan je persoonlijke identiteit. Er is identificatie met het patroon. Daarom kan de beginfase van meditatie voor beginners soms extreem ongemakkelijk zijn. Het is niet slechts dat het patroon in gevaar is, maar omdat jij denkt dat jij het patroon bént, voelt het alsof jij zelf in gevaar bent. Dit kan zich dan uiten in allerlei geestelijke, maar ook lichamelijke effecten. Veelvoorkomende zijn bijvoorbeeld gedachten die jou overtuigen om iets anders te gaan doen. Vaak zeer irrationele gedachten die je proberen af te leiden. Gedachten die je wijs maken dat het nu op dit moment belangrijk is om iets op te ruimen, iets schoon te maken, iemand te bellen, wat te eten. Tot het absurde aan toe. Maar ook fysieke klachten zijn veelvoorkomend. Bekende zijn bijvoorbeeld jeuk over je hele lichaam, trillende/schokkende ledematen en hoesten. Álles om maar stilte/meditatie te voorkomen. Deze effecten zijn geen tekenen dat je meditatie mislukt. Integendeel: het zijn tekenen dat je op het punt staat om de meditatie te beginnen. Wees er niet door afgeschrikt maar weet dat je op de goede weg zit.
Wat er in de tweede fase moet gebeuren is het weghalen van aandacht van die afleidingen en het brengen van diezelfde aandacht naar jezelf. Je zou denken dat het vanzelfsprekend is om je aandacht naar jezelf te brengen en daar te houden, maar in de praktijk is dat vaak nog lastig. Twee redenen hiervoor:
1: Het verstand is luid. De bekende "stem" in je hoofd. De stem van afleiding, negativiteit en zelfkritiek. Deze stem zal in de fase vòòr meditatie alleen maar luider worden. Het kan zelfs aanvoelen als schreeuwen. Het is duidelijk: deze "stem", deze "ik" wil niet gedachteloos zijn, wil niet mediteren. Zelf heb ik het meegemaakt dat deze stem letterlijk "lalalala blablabla" tekeer ging zoals kleine kinderen doen met hun handen tegen hun oren. Alleen om maar niet stil te vallen. Alleen om jou te verhinderen de stilte op te merken.
2: De andere 'ik' is stil. Compleet stil. Absoluut stil. Deze 'ik' schreeuwt niet zoals de eerste ik constant om aandacht en probeert je niet van iets te overtuigen. Hierdoor kan het lijken alsof deze ik er helemaal niet is.
Die tweede 'ik' is de ik die eerst gevonden moet worden voordat meditatie überhaupt kan beginnen. De eerste ik (de schreeuwlelijkerd
Praktisch gezien: hoe gaat dat? Herinner de eerste fase: aanschouw de ademhaling en doorbreek het denkpatroon. Merk op dat er ruimtes zijn tussen gedachtes. Een gedachte komt op, verdwijnt en een volgende gedachte komt op. Wat is er tussen die twee gedachtes? Wat het ook is, het is niet een gedachte, het is niet een object. Toch, je bent je er bewust van. Hou de aandacht simpelweg op dat wat tussen gedachtes is. Merk vervolgens de verdediging op van het verstand. In wat voor vorm het ook komt. Komt er een gedachte op, aanschouw deze dan. Aanschouw het, maar geloof het niet. Laat je er niet door overtuigen. Voel de aanzwellende aantrekkingskracht van de gedachte, maar blijf de aandacht houden op dat wat er tussen gedachtes is. Op een gegeven moment "sterft" de gedachte. Het kan zichzelf niet in leven houden wanneer jij je aandacht geeft aan dat tussen gedachtes in plaats van aan de gedachte zelf. Jouw aandacht en geloof in de gedachte is letterlijk de brandstof van de gedachte.
Op het moment dat je een gedachte als het ware hebt laten stikken, is er meestal een langere pauze tot aan de volgende gedachte. Merk ook dat op. Vaak wanneer je een gedachte hebt laten sterven, komt er daarna weer een soortgelijke. Herhaal hetzelfde: claim je aandacht terug van de gedachte en richt het op de stilte tussen gedachtes. Houd het vervolgens daar. De stilte is natuurlijk jezelf, al kan dat eerst wellicht niet zo overduidelijk zijn. Is het niet duidelijk? Maakt niet uit: houd de aandacht op de stilte tussen gedachtes. Je zult zien dat het patroon van identificatie met gedachten zichzelf uitput op deze manier. En komen er in plaats van gedachten eerder emoties of fysieke sensaties? Voel ze. Voel ze, maar geloof ze niet. Laat ze er zijn en blijf terugkomen naar stilte, naar jezelf.
Het moment dat het overduidelijk wordt dat jij de stilte bent in plaats van de persoon die als een gedachtepatroon gecreëerd wordt ìn de stilte, is het moment dat meditatie makkelijk wordt. Dan pas is het een kwestie van simpelweg die stilte zijn. En dat is makkelijk, omdat deze stilte vredig voelt, ruimtelijk, liefdevol, zonder angst, zonder verlangen naar iets anders. Verwacht geen overweldigend of exotisch gevoel. Het is het allerbekendste gevoel voor je, het gevoel van thuis zijn. Ook al ben je dit misschien tijdelijk vergeten.
Dit alles lijkt misschien een lang proces, maar dat is slechts omdat ik alles zoveel mogelijk in detail heb beschreven. Een samenvatting:
Doorbreek het denkpatroon (bijvoorbeeld dmv observatie van de ademhaling), vind de opening/stilte tussen twee gedachtes, herken jezelf als die stilte, blijf als die stilte. Als het moeilijk lijkt, dan luister je teveel naar de eerste 'ik', de stem in je hoofd. Vind de tweede, de echte ik.
Succes voor wie het ook wil proberen.